Nierstenen voorkomen
Hoe kan je de vorming van nierstenen voorkomen?
Nierstenen komen vaker voor dan enkele decennia geleden. Dit is vooral te wijten aan een verandering in voedingsgewoontes, omgevingsfactoren en levensstijl. Bij meer dan 25% van de patiënten wordt bij de diagnose van nierstenen ook een verhoogde bloeddruk, cholesterol, bloedsuikerspiegel of obesitas vastgesteld. Gezonde voedings- en leefgewoonten liggen aan de basis van de preventie van nierstenen. Het gegeven advies is afhankelijk van het type niersteen en uw persoonlijke doelstellingen. Het aanbevolen dieet wordt steeds individueel bekeken. Algemeen kan men stellen dat veel drinken en een gezonde voeding, rijk aan groenten en fruit en arm aan zout en dierlijke eiwitten, de basis vormt. Afhankelijk van het type niersteen en bij bepaalde afwijkingen in bloed of urine, kan er een onderliggend ziektebeeld worden opgespoord en is een specifieke therapie of opvolging nodig.
Vocht
Het allerbelangrijkste advies is voldoende drinken. Dit betekent dat mensen minstens 2 liter per dag dienen te plassen. Hiervoor moeten ze minstens 2.5 liter drinken, verspreid over de dag. Dit zal de urine verdunnen en het risico op steenvorming verminderen. De kleur van de urine is een goede parameter om na te gaan of je voldoende drinkt, deze zou zeer helder moeten zijn.
Citraat
Een voeding rijk aan citraat remt de vorming van de meeste nierstenen. Groenten en fruit zijn belangrijke leveranciers van citraten en dienen daarom zeker voldoende gegeten te worden. Voorbeelden hiervan zijn citrusvruchten, bessen, frambozen, kiwi’s en passievruchten. Lees meer.
Zout
Onze voeding bevat over het algemeen te veel zout. We eten gemiddeld 10 à 16g zout per dag, dit is ver boven de aanbevolen hoeveelheid van 5g zout per dag. Een te hoge zoutinname is niet enkel belastend voor hart en nieren, maar verhoogt ook de kans op de vorming van nierstenen, doordat het de hoeveelheid calcium in de urine doet toenemen en de urine verzuurt. Een te hoge zoutinname verlaagt eveneens de hoeveelheid citraat in de urine en werkt hierdoor steenvormend.
(Dierlijke) eiwitten
Net zoals onze voeding te veel zout bevat, eten we gemiddeld ook te veel dierlijke eiwitten. Een dagelijkse inname van 100 à 150g vlees of vis per dag (warme maaltijd + broodbeleg) volstaat voor de meeste mensen. De exacte eiwitbehoefte is afhankelijk van het lichaamsgewicht en wordt berekend door de diëtiste. Een te hoge inname van dierlijke eiwitten verhoogt het risico op nierstenen doordat het onder andere de hoeveelheid calcium in de urine doet toenemen en de hoeveelheid citraat in de urine doet afnemen.
Calcium
Voor de preventie van nierstenen wordt meestal een normale hoeveelheid calcium in de voeding aanbevolen. Calcium bindt namelijk met oxalaat en vermindert zo de oxalaatopname uit de voeding. Voorbeelden van calciumrijke voeding zijn melk, yoghurt, kaas, boerenkool, sesamzaad, …
Oxalaat
Bij oxalaatafhankelijke nierstenen is het vaak nuttig om oxalaatrijke voedingsmiddelen te vermijden. Denk hierbij aan suikerwaren, snoep, cola, zwarte thee, chocolade, noten, spinazie, rabarber, … Naast een relatieve beperking van deze voedingsmiddelen is een voeding met voldoende calcium zeer belangrijk, om de opname van oxalaat uit de voeding te beperken.
Urinezuur
Een verhoogde concentratie urinezuur in de urine kan leiden tot de vorming van urinezuurstenen. Om de hoeveelheid urinezuur te verminderen, is het belangrijk om suikerwaren en purinerijke voedingsmiddelen zoals bier, rood vlees en bepaalde vissoorten te beperken. Omdat urinezuurkristallen voorkomen in erg zure urine dient het gebruik van zout, vlees en vis beperkt te worden. Citraatrijke voeding wordt dan weer aangeraden.